Wetsvoorstel Kansspelen op Afstand – dossier

De nieuwe wet op de kansspelen maakt websiteblokkades mogelijk. Hier vindt u een overzicht van onze publicaties over de gevolgen hiervan.

Waarom de stoppagina en blokkades slechte ideeën zijn
Ronde Tafelgesprekken over Kansspelen op Afstand
Websiteblokkades voor goede doelen?
Goede doelen voor websiteblokkades?
Rinnooy Kan blijft voor websiteblokkades


Waarom de stoppagina en blokkades slechte ideeën zijn (september 2015)

Het voorgestelde blokkadebeleid in het kader van het wetsvoorstel Kansspelen op Afstand brengt zeer hoge kosten en risico’s met zich mee voor het Nederlandse en wereldwijde internet. De voorgestelde ingrepen staan wat ons betreft in geen enkele verhouding tot de onderhavige materie. Bovendien zal het effect ervan verwaarloosbaar zijn.

Hiervoor zijn drie argumenten aan te voeren die we in dit stuk zullen toelichten:
1. De stoppagina gaat niet werken dankzij nieuwe technologie (DNSSEC),
2. De blokkade is op allerlei manieren te omzeilen,
3. De blokkade gaat voorbij aan App-gebruikers.

I. Stoppagina op het web wordt technisch onmogelijk
Het tonen van een stoppagina met een link naar de Kansspelautoriteit bij het bezoek aan een website zonder vergunning (zoals verwoord in het wetsvoorstel) is als voorgestelde aanpak niet toekomstvast of technisch betrouwbaar. Dit komt door invoering van nieuwe technologie. Tot voor kort was het door fouten in het oorspronkelijke ontwerp van het domeinnaamsysteem mogelijk voor een internetaanbieder om informatie over door de gebruiker opgevraagde domeinnamen te vervalsen, en de gebruiker zonder dat deze het merkte af en toe naar elders te leiden. Deze fout is als ‘hack’ historisch gebruikt als primitieve blokkade om gebruikers naar bijvoorbeeld een stoppagina te routeren, maar vormde uiteraard tegelijkertijd een ontoelaatbaar risico voor de dagelijkse veiligheid van drie miljard internetgebruikers wereldwijd.

Deze constatering heeft geleidt tot het ontstaan van nieuwe internetstandaarden voor het werken met domeinnamen (rondom het zg. DNSSEC) waarmee gebruikers genieten van ‘end-to-end’-beveiliging, en dus niet langer zijn blootgesteld aan dergelijke risico’s. De internationale invoering van deze nieuwere en veiligere technologie is inmiddels in volle gang, en is sinds de onthullingen van Edward Snowden in een stroomversnelling geraakt. De Nederlandse internetsector loopt bij de invoering van DNSSEC wereldwijd voorop, vanuit het belang van een veilig internet voor iedereen. De Nederlandse overheid erkent zelf ook het belang van invoering van DNSSEC, en heeft via het Forum Standaardisatie deze belangrijke technologie in 2012 op haar ‘pas toe of leg uit’-lijst gezet. Implementatie ervan door de gehele markt wordt actief gepromoot middels het Platform Internetstandaarden, onder meer via de site internet.nl.

Het tonen van een stoppagina door het aanpassen van domeinnaaminformatie bij de internetaanbieder is met goed geimplementeerde DNSSEC niet langer werkzaam, omdat er cryptografische informatie is toegevoegd aan de betreffende domeinnamen. Omdat deze informatie zonder toegang tot het originele sleutelmateriaal niet te vervalsen is, faalt het injecteren van de stoppagina. Deze wordt niet opgevraagd en dus ook niet getoond. De gebruiker krijgt geen enkele aanwijzing wat er aan de hand kan zijn.

II. Blokkades zorgen voor onveilig gedrag en extra werk
Wanneer een internetgebruiker in plaats van de door hem of haar opgevraagde informatie een technische foutmelding krijgt zonder verder enige waarschuwing, terwijl dezelfde dienst bij anderen (bijvoorbeeld andere gebruikers op een internationaal pokerforum) wel gewoon werkt, gaat hij of zij uit van technisch falen bij zijn eigen internetaanbieder. Door diensten op het web onzichtbaar ‘stuk’ te maken voor Nederlandse internetaanbieders, wordt het vertrouwen van consumenten in hun dienstverlening structureel ondermijnd. Bovendien leidt het tot extra kosten bij de servicedesk van de Nederlandse internetaanbieders.

De blokkades behelzen in feite alleen de standaardinstellingen voor het verwerken van domeinnaamaanvragen. De gebruiker kan deze informatie zelf vrij instellen, en er zijn vele honderdduizenden en waarschijnlijk zelfs miljoenen servers op internet die dezelfde informatie kunnen aanleveren. De gebruiker kan – vanuit het principe dat ieder knooppunt van het internet in principe gelijkwaardig is – zelf ook met behulp van de juiste software alle afhankelijkheid van externe servers achter zich laten. Op dat moment verdwijnt de blokkade en is alle informatie weer vrij toegankelijk.

Het gegeven dat voorgoed ‘omzeilen’ van alle voorgestelde maatregelen mogelijk is via letterlijk een paar muisklikken of schermaanrakingen, en het eenmalig intypen van tussen acht en vijftien karakters is al eerder door ons belicht. In landen waar internetcensuur speelt, zoals bijvoorbeeld in Turkije vorig jaar, bleek het geen enkel punt om deze informatie met de grote massa te delen door het overal op plakkaten en op sociale media te delen. Ook verscheen er een stortvloed aan plugins en gingen mensen over op software zoals TOR.

Omzeilen is kinderlijk simpel, maar onwenselijk. Feit is namelijk dat door het wijzigen van de veilige DNS van de eigen internetaanbieder naar een andere server Nederlandse internetgebruikers worden blootgesteld aan allerlei onnodige maar zeer aanzienlijke risico’s, zowel qua privacy als veiligheid: een onveilige DNS-server is zelfs voor een geavanceerde gebruiker niet te onderscheiden van een veilige. De gebruiker denkt nergens meer over na wanneer hij of zij weer gewoon op internet kan gaan en staan waar hij of zij wilde, en beseft niet hoeveel macht de beheerder van de door hem of haar gebruikte domeinnaam-server over hem heeft.

III. Apps blijven gewoon werken, met of zonder webblokkades
Omzeilen is niet eens nodig voor een grote groep gebruikers. De voorgestelde blokkades hebben op geen enkele manier effect op de gebruikers van de snel groeiende hoeveelheid apps en desktop-toepassingen. Apps hebben via het internet de beschikking over een open platform met een onuitputtelijke keuze aan connectiviteitstechnologieën om gebruikers te faciliteren. De informatie die nodig is om via internet bijvoorbeeld een bepaalde kansspelaanbieder te bereiken kan in de toepassing worden ingebakken en op het apparaat worden geinstalleerd. Daardoor hoeft er geen informatie via de DNS meer te worden opgehaald, en ook geen informatie vanaf een webpagina te worden ingeladen.

Gebruikers van apps en desktoptoepassingen merken waarschijnlijk dan ook helemaal niets van de voorgestelde blokkades. Wanneer kansspelaanbieders via het open web worden gehinderd, terwijl app-gebruikers ongemoeid worden gelaten en op geen enkele manier last hebben van domeinnaamblokkades, vreest de technische gemeenschap dat gebruikers elkaar zullen helpen om massaal de overstap te maken van het open web naar besloten toepassingen. Dat is net als het omzeilen van de blokkade door het installeren van een andere DNS-server zeer ongewenst, omdat het leidt tot meer afhankelijkheid van gebruikers en extra risico’s.

De gebruiker heeft in de browser en bij zijn eigen internetaanbieder meer bescherming dan wanneer hij of zij een onbekende toepassing op zijn apparatuur installeert met alle rechten die daarvoor nodig zijn. Gebruikers weten daarbij niet wat ze in huis halen, er zijn immers ook voldoende kwaadaardige apps die misbruik kunnen maken van informatie elders op het betreffende toestel. Met name voor jongeren die vaak zeer persoonlijke informatie op hun smartphone of computer hebben, is dit een aanzienlijk risico. Dat kan leiden tot bijvoorbeeld (seksuele) chantage van kinderen en jongvolwassenen, identiteitsdiefstal, toename van het misbruik van creditcards en andere ongewenste bijwerkingen.

Samenvattend: de voorgestelde maatregel zal al bij invoering volledig ineffectief zijn, en mogelijk zelfs het tegengestelde effect opleveren (leiden tot vergroting van de groep kwetsbare mensen op internet). Daarnaast is het niet-proportioneel, want het gaat om een door de schaalgrootte zeer invasieve en kostbare maatregel die bij doorvoering een stille ramp zou zijn voor de Nederlandse economie en de Nederlandse samenleving. De gevolgen zijn moeilijk te onderschatten: de open, ongestoorde en stabiele werking van internet als kritische infrastructuur heeft een enorm maatschappelijk en economisch belang. Nederland neemt op Europees en mondiaal niveau een koppositie in op het gebied van internetgebruik en dienstenaanbod. Het voorgestelde blokkadebeleid betekent een aanzienlijke bedreiging van deze positie, en introduceert enorme veiligheidrisico’s voor de gehele samenleving die in geen verhouding staan tot de onderhavige materie. Hiervoor verwijzen we graag naar het recente rapport De Publieke Kern van het Internet van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid.

Internet Society Nederland


Ronde Tafelgesprekken over Kansspelen op Afstand (mei 2015)

Donderdag 21 mei j.l.. hield de Tweede Kamer een dag met “Ronde Tafelgesprekken” over het wetsvoorstel Kansspelen op Afstand. Lees hier Verklaring-van-Hendrik-Rood-ISOC-Nederland-Wetsvoorstel-Kansspelen-op-Afstand en hier SIDN-position.


Websiteblokkades voor goede doelen? (april 2015)

De nieuwe wet op de kansspelen maakt websiteblokkades mogelijk, waarbij internetserviceproviders gedwongen worden goksites en websites die reclame maken voor goksites te blokkeren.  Zo worden dan straks legale online versies van bijvoorbeeld de Postcodeloterij beschermd, en daarmee de goede doelen die van deze loterij profiteren. Maar willen we dat wel, websiteblokkades voor goede doelen? En andersom, willen goede doelen zelf wel websiteblokkades? De Nederlandse Internet Society heeft zeven vragen opgesteld, die volgens haar eerst beantwoord moeten worden voordat deze wetsherziening klaar is voor een kamerdebat.

ZEVEN VRAGEN OVER DE NIEUWE WET OP DE KANSSPELEN

1. Wat vraagt de wet straks van internet service providers(isp’s)?
Wat wordt verstaan onder het begrip “al het redelijke te doen”? Wat voor soort blokkademaatregelen dienen isp’s straks te treffen: gaat het behalve om websiteblokkades en advertentieblokkades ook om domeinnaamblokkades, IP-adresblokkades of nog andere verkeersblokkades? Wat wordt er gedaan om het onbedoeld mee blokkeren van legale websites tegen te gaan, het zogenaamde overblocking? Wat is het jaarlijkse aantal Internetblokkades in Nederland dat bij invoering van deze wet kan worden verwacht?

2. Wat voor kwantitatief effect wordt er verwacht van de blokkades?
Internetblokkades zijn een zwaar middel, zie het WRR-rapport “De publieke kern van het internet”i. Wat voor kwantitatief effect wordt hiervan verwacht? De Danish Gambling Authority die het middel gebruikt komt in geen van haar jaarlijkse rapportenii met onderbouwde cijfers inzake haar blokkades, en noch Berenschotiii, noch de Raad v Stateiv verwachten enig effect. De Raad van State verwijst naar het onderzoek van de UvA inzake de Pirate Bayv, en dit is zeer negatief over de verwachte kwantitatieve resultaten. In zijn behandeling van het advies van de Raad van State, en in 33996-6, “nota naar aanleiding van het verslag” spreekt de staatssecretaris slechts logische verwachtingen uit, terwijl dit toch een essentiële vraag is: cijfers zijn eenvoudigweg noodzakelijk om de proportionalitiet van dit middel te beoordelen.

3. Wie draagt de kosten voor de blokkades en hoeveel bedragen die?
De kostenanalyse van SIRAvi schat deze in als verwaarloosbaar, maar onderbouwt dit op geen enkele wijze, terwijl de reactie van KPNvii op de internetconsultatie inzake de KSOA wet een berekening van ISP Xs4all bevat die juist op enkele miljoenen per ISP uitkomt. Hier dient onderzocht te worden wat reële bedragen zijn, en wie die kosten zal dragen. Anders dan de staatssecretaris lijkt te verwachtenviii, zal een blokkade namelijk altijd alle internetserviceproviders betreffen, en dus kosten voor al die providers. Het Adviescollege Actal stelt overigens inzake de blokkades: “Wij adviseren om – conform de berekening van de regeldruk – geen internetblokkades in te zetten als maatregel bij wetsovertredingen door kansspelaanbieders op internet. Wij adviseren daarom de mogelijkheid van dergelijke blokkades uit het wetsvoorstel te halen.”

4. Hoe worden de technische risico’s van de blokkades ingeschat?
Het staat er niet duidelijk maar voor het ontoegankelijk maken moet straks een verzoek tot blokkade aan alle service providers tegelijk gedaan worden. Gevolg is een single point of failure met alle risico’s van dien. Als voorbeeld: de Deense Gambling Authority beschrijft jaarlijks uitgebreid de ervaringen met haar beleid sinds 2012 binnen de veel kleinere Deense markt, maar vermeldt niet dat Deense blokkademaatregelen op 1 maart 2012 tot een omvangrijke blokkade van het Deense internet leidden. Momenteel beschikt de KSA over 2 pc/werkplekken die de Nederlandse blokkades moet gaan bepalen (Berenschot). Is dat samen met de bemoeienis van de betrokken Rotterdamse rechter-commissarisix voldoende waarborg voor een zorgvuldige uitvoering van artikel 34n?

5. Hoe wordt Nederland behoed voor mission creep?
Hoe vermijdt men dat na het eventueel realiseren van gok-blokkadesystemen er ‘mission creep’ optreedt en deze systemen toegankelijk worden gemaakt voor bijv. private censuurdisputen? In diverse Europese landen is door auteursrechtenorganisaties toegang verworven en zijn de oorspronkelijk alleen voor strafbare zaken ontwikkelde systemen veranderd in brede, algemene censuursystemen.

6. Hoe worden internetproviders geacht aanwijzingen van de Kansspel Autoriteit op te volgen en zich tegelijk aan artikel 7.4 van de Telecomwet inzake netneutraliteit te houden?
Aanwijzingen van de KSA zijn geen uitzonderingen als voorzien in artikel 7.4, en dientengevolge is het isp’s niet toegestaan deze aanwijzingen op te volgen, die immers vragen om bepaalde websites te blokkeren. Hierop is zowel door Tele2 als KPN al op gewezen tijdens de internetconsultatie, maar een reactie van de minister ontbreekt tot nu toe.

7. Hoe zijn de rechten van websitehouders en burgers geregeld?
Hoe kan de burger straks zelf vaststellen dat er sprake is van òf een technische storing òf dat de site die men probeert te bereiken geblokkeerd wordt van overheidswege? Waar staan in het Wetsvoorstel de bezwaar- en beroepsmogelijkheden van Internetgebruikers beschreven, als die vermoeden ten onrechte op de zwarte lijst van de Kansspelautoriteit (KSA) te zijn terechtgekomen? Wordt de zwarte lijst van de KSA ook geheim, zoals in enkele andere landen nu gebruikelijk is bij zwarte lijsten van overheidswege voor kinderporno, drugssites, terrorismesites of smaad- en haatsites?

Naar de mening van de Nederlandse Internet Society moeten deze vragen beantwoord zijn voordat het wetsvoorstel in aanmerking komt voor een plenaire behandeling door de Tweede Kamer. Dat kan het beste door een grondige impactanalyse te laten uitvoeren, die alle aspecten van de te verwachte gevolgen van het wetsvoorstel in kaart brengt.

Indien dat niet tot de mogelijkheden behoort, dan stelt ISOC NL voor een openbare Hoorzitting te wijden aan het voor het eerst wettelijk in Nederland verplichten van Internetblokkades, waar dan Internetpartijen en technisch deskundigen publiekelijk toe kunnen lichten wat de te verwachten repercussies zijn van introductie van zulke blokkadesystemen.

ISOC, als Nederlands chapter van de moederorganisatie van de Internet Engineering Task Force (IETF), Internet Architecture Board (IAB) en Internet Research Taskforce (IRTF), is bereid te assisteren met een lijst van Internetdeskundigen, die haar kunnen informeren over de omvang en reikwijdte van Artikel 34n en is uiteraard bereid om nadere toelichting te geven en verdere vragen over dit onderwerp te beantwoorden.

ihttp://bit.ly/1FmDKSC blz 82: “Een dergelijke aanpak heeft in potentie een negatief uitstralingseffect, en maakt het voor westerse landen lastig om op het mondiale toneel op geloofwaardige wijze de censuur van autoritair geregeerde staten te veroordelen …. De kosten van filteren, de bijkomende schade als gevolg van overblocking, het gebrek aan transparantie en potentieel voor misbruik van dit type technische interventie wegen … niet op tegen de voordelen van de vrije en open communicatie waarmee het internet groot geworden is.”

iiihttp://bit.ly/1aL7LUA blz 21 : “De effectiviteit van deze instrumenten is met andere woorden nog niet bewezen…Bovendien zijn digitale blokkades eenvoudig te omzeilen door ervaren internetgebruikers. “

ivhttps://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33996-4.html blz 6: “Ook van het verbod op het doorgeven van bepaalde internetsites is de effectiviteit niet bewezen. In Nederland is dit reeds gebleken in de zaak over het wel of niet doorgeven van de download site «Pirate Bay». Een door de rechtbank opgelegd bevel aan internetproviders om deze site te blokkeren is onlangs in hoger beroep ongedaan gemaakt vanwege het niet voldoen aan de effectiviteits-/evenredigheidseis van het gevraagde verbod. ”

viii https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33996-6.html , blx 112, “Dit vergt in ieder concreet geval een belangenafweging, waarbij naast andere casusspecifieke aspecten ook de kosten voor de betrokken internetserviceprovider moeten worden meegewogen.” Een blokkade voor één betrokken serviceprovider is echter moeilijk voor te stellen, het zal steeds gaan om alle providers.

ixhttps://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33996-6.html De staatssecretaris vermeldt op blz 114 de vereiste machtiging van de rechter-commissaris als extra waarborg. Het betreft hier echter dezelfde Rotterdamse rechter-commissaris die tot taak heeft jaarlijks tienduizenden tapverzoeken goed te keuren. Hoe wordt hij bij deze aantallen geacht een belangrijke waarborg voor een passend en terughoudend gebruik van dit instrument zijn?


Goede doelen voor websiteblokkades? (mei 2015)

Medio 2013 hadden de goede doelen, verenigd in het het Goede Doelen Platform Goede_Doelen_Platform_internetconsultatie inzake de wet op de kansspelen. Daarin wordt verwezen naar Loterijplatform_internetconsultatie.

De relevante citaten

Dit zeggen de goede doelen:
“Leg de lat echt hoog bij de regulering van online kansspelen. Nodig is dat het wetsvoorstel serieuzer perspectief biedt op hoe dit illegale aanbod van de markt geweerd gaat worden. Wij verwijzen hierbij naar de voorstellen in de bijdrage van het Loterijplatform, het samenwerkingsverband van de Nederlandse Staatsloterij, De Lotto, de Nationale Postcode Loterij, de BankGiro Loterij, de VriendenLoterij en de Samenwerkende Non-Profit Loterijen.”

En hier verwijzen ze naar bij het Loterijenplatform:
“Leg de lat echt hoog bij de regulering van online kansspelen(…) Nederland loopt daardoor straks uit de pas met de rest van de wereld, waar handhaving via het strafrecht als eerste en voornaamste middel voorop wordt gesteld, samen met een reeks maatregelen zoals het aanpakken van adverteerders en tussenpersonen (zie bijvoorbeeld Frankrijk met boetes tot 300.00% van de omzet), witte en zwarte lijsten gepaard gaand met websiteblokkering (België, Italië) of betalingsblokkering (Noorwegen).”


Rinnooy Kan blijft voor websiteblokkades (april 2015)

Een korte briefwisseling met voorzitter Rinnooy Kan van het platform liet dezer dagen zien dat dat het Goede Doelen Platform nog altijd voor websiteblokkades is. De vraag die natuurlijk overblijft is of de goede doelen hier wel zo blij mee zijn.

Om duidelijkheid te krijgen over de opvattingen van het Goede Doelen Platform, stuurde ISOC half april een brief (ISOC_GoedeDoelenPlatform_Kansspelen) waarop we eind april antwoord op kregen: voorzitter Rinnooy Kan houdt namens het platform vast (150429-Brief-Interbet-Society-Nederland) aan het eerdere standpunt.

Hoe is het mogelijk dat goede doelen die toch het beste met de samenleving voor zouden moeten hebben, opeens pro internetcensuur zijn als de eigen portemonnee in het geding is? We hebben een zo duidelijk mogelijk antwoord (ISOC_antwoord_op_brief_Rinnooy_Kan) gestuurd: geacht platform, herzie uw standpunt want dit is schadelijk voor het algemeen belang en schadelijk voor de goede doelen zelf.

Toen we aankondigden naar de pers te zullen gaan, ontstond er nog een korte correspondentie:

T.a.v. dhr Rinnooy Kan, inzake de wet op de kansspelen

Geachte heer Rinnooy Kan,

Ik heb namens de Nederlandse Internet Society sind half april jl. meerdere pogingen gedaan om met het Goede Doelen Platform in contact te komen over haar steun aan websiteblokkades in het kader van de nieuwe wet op de kansspelen. Als gezegd acht ik zulke blokkades niet alleen nutteloos, maar ook in strijd met het algemeen belang én met uw eigen beginselen.

Uit uw reactie namens van het Goede Doelen Platform en het uitblijven van een reactie op mijn laatste brief aan u maak ik op dat u uw standpunt onverkort handhaaft en ook verder niet tot contact bereid bent. Ik respecteer dat vanzelfsprekend, maar ben daar wel teleurgesteld over.

Het bestuur van de Nederlandse Internet Society heeft daarom besloten nu contact te gaan zoeken met de pers, in de hoop dat een publieke discussie u alsnog tot andere gedachten zal brengen.

Uiteraard blijf ik altijd tot overleg bereid.


Met vriendelijke groet,
Alexander Blom
Voorzitter Nederlandse Internet Society
071 – 711 0390

Rinnooy Kan, Alexander schreef op 2015-05-14 11:43:

Geachte heer Blom,

Hier dreigt nu toch wel een merkwaardig misverstand te ontstaan. Anders dan u suggereert is het Goed Doelen Platform helemaal geen uitgesproken voorstander van de door u verfoeide website blokkade. De mogelijkheid figureert op een lijstje van opties die ons het verkennen waard leken, maar waaraan wij in dit geval nog geen verdere discussie hadden gewijd, al was het alleen maar omdat de achterliggende materie ons maar in beperkte mate vertrouwd is. U hebt ongetwijfeld uitstekende redenen om publiekelijk te ageren tegen het idee, maar die strijd hoeft u dan echt niet primair tegen ons te voeren.

Hartelijke groeten,
Alexander Rinnooy Kan

Verstuurd vanaf mijn iPad

 

Geachte heer Rinnooy Kan,

Dank voor uw snelle reactie. Wij worden het niet eens, zoveel is duidelijk.

Als betoogd in mijn vorige brief beschouw ik de reactie van het Loterijenplatform als een stuk positiever over websiteblokkades dan u dat doet. Ik vind dat nog steeds, maar ook als ik uw lezing volg, dan blijven mijn overige argumenten onverkort overeind.

Ten eerste, de houding van goede doelen en loterijen is van het allergrootste belang in de discussie. Het draait hier immers om kansspelen en het maatschappelijk belang daarvan in de vorm van de goede doelen, en niet om iets anders. Als bij u de mogelijkheid van websiteblokkades “figureert op een lijstje van opties”, terwijl het Ministerie zelf al voor is, dan is dat niet anders op te vatten dan als een uiterst belangrijke vorm van maatschappelijke steun voor een beleid met websiteblokkades.

Ten tweede: als de materie u maar in beperkte mate vertrouwd is, dan had u na onze bijdrage in 2013 of na mijn brieven van een maand geleden bij ons of bij derden te rade moeten gaan om te onderzoeken of websiteblokkades nu wel zo verstandig zijn. Dat u meerdere opties noemt, pleit u net als een gebrek aan kennis niet vrij van verantwoordelijkheid jegens ieder van deze opties.

Ten derde: websiteblokkades staan haaks op de principes van veel goede doelen, en dat geldt ook als ze op een lijstje van meerdere opties voorkomen. Om mijn eerdere brief te parafraseren: hoe kan Amnesty International nu uitleggen dat zij in het buitenland pleit tegen websiteblokkades, maar in Nederland, als het gaat om de eigen financiën, websiteblokkades als een “mogelijkheid het verkennen waard” noemt?

Het blijft voor mij dan ook een raadsel waarom u uw standpunt niet herziet, en websiteblokkades bij nader inzien niet eenvoudigweg onverenigbaar met uw uitgangspunten noemt. Wat heeft u te winnen bij het handhaven van websiteblokkades als één van de opties? Nu rest mij niets anders dan te te trachten de media voor deze situatie te interesseren, in de hoop dat een publieke discussie u tot andere gedachten brengt.

Vanzelfsprekend blijf ik beschikbaar voor overleg. Omdat Amnesty hier genoemd wordt, heb ik de heer Nazarski in de cc toegevoegd.

Met vriendelijke groet,
Alexander Blom
Voorzitter Nederlandse Internet Society